Van kroketten bakken, leer je geen Nederlands

De speeltuin in Simpelveld blijkt een goede locatie om de taal te oefenen en mensen te leren kennen. Verschillende statushouders hebben er als vrijwilliger gewerkt de afgelopen jaren. Dat is niet altijd even gemakkelijk volgens Frans Prumpeler, beheerder van de speeltuin. “De taal en de cultuur kunnen een flinke barrière opwerpen in de samenwerking. Het gaat niet vanzelf. Voor niemand.”

Met de beste wil van de wereld proberen ze er iets van te maken in de speeltuin. Dat geldt voor Frans, voor de statushouders en ook voor de andere vrijwilligers die er werken. “De begeleiding vraagt soms veel tijd. Waar de een nauwelijks een instructie nodig heeft en al een aardig woordje Nederlands praat, daar moet je de ander de hele dag aansturen. Die moet je alles leren, niet alleen de taal. Met handen en voeten, want soms begrijpen we elkaar helemaal niet. Het is niet voor iedereen weg gelegd om met iemand samen te werken die geen woord met je wisselt. We kunnen de hulp heel goed gebruiken, maar het moet niet zo zijn dat de andere vrijwilligers erdoor weg lopen. Het is prima dat mensen hier komen oefenen, maar ze moeten zich wel al een beetje verstaanbaar kunnen maken.”

Frans probeert vaak twee statushouders te combineren. “Als de een al Nederlands spreekt en de ander niet, dan kunnen ze elkaar een beetje helpen. Maar dan moeten ze wel proberen Nederlands te praten. Ze komen hier tenslotte om te oefenen. Bovendien is het voor de andere vrijwilligers heel vervelend als twee mensen voortdurend een taal spreken waar we geen snars van begrijpen.”
Soms leidt de taal tot grappige situaties. “Een van de dames noemde mij Frankrijk in plaats van Frans. Dan liggen we in een deuk.”

Het dialect maakt het voor de statushouders extra moeilijk. Frans: “Ik heb ze op het hart gedrukt dat ze gewoon moeten vragen of mensen Nederlands willen praten. Als dat eenmaal gezegd is, doen mensen dat ook. Maar sommigen zijn heel verlegen, hebben schroom om het te vragen. En zolang ze niks zeggen, verandert er niets.”

Met de meeste statushouders verloopt de samenwerking heel goed. Frans: “Van de zomer stond Christina, die overigens verrukkelijk kan koken, kroketten te bakken. Totdat ze schaterlachend zei: ‘Frans, mag ik ook eens aan de kassa staan? Van die kroketten leer ik geen Nederlands. Dat is toch hilarisch?”

Tekst en foto Gemeente Simpelveld

 

Geef een reactie