Onlangs werd  in de raad van Heerlen een motie ingebracht door de Partij voor de Dieren inzake een verbod op dan wel een ontmoedigingsbeleid voor het oplaten van ballonnen. Een belangrijk argument vóór dit voorstel was dat ballonnen terecht komen in de omgeving. Een mogelijk gevolg hiervan is dat dieren de ballonresten voor voedsel kunnen aanzien en daardoor ziek kunnen worden en sterven. Bovendien werd erop gewezen dat het ook nú al verboden is om afval te dumpen in de openbare ruimte; het veroorzaken van zwerfafval is wettelijk verboden.

Tegen deze motie werd echter door alle partijen bezwaar gemaakt en daarom werd de motie door de Partij voor de Dieren aangehouden. Een belangrijk tegenargument was, dat zo’n verbod het plezier van de “kleine man” zou bederven. Grote mannen laten geen ballonnen op of hebben die er minder plezier van ?  En blijkbaar is voor de afwijzende partijen het afval dat na loslaten een stuk verderop neerkomt, een ander soort afval ?

Als kanttekening hierbij dient vermeld te worden, dat een dergelijk verbod al in veel gemeenten in Nederland van kracht is, vaak mét steun van partijen zoals SP en CDA en zeker GroenLinks.

In het kader van de afweging “kiezen voor plezier of voor verantwoordelijkheid “ is het van belang te wijzen op de gevaren die ons, grote en kleine mannen, nu en in de nabije toekomst bedreigen: klimaatchaos is het meest bekend, maar mogelijk nog gevaarlijker is de sterk afnemende biodiversiteit en het uitsterven van vele soorten planten en dieren. Dit laatste staat wel bekend als de 6th mass extinction.  Hiervoor wordt door wetenschappers al jaren gewaarschuwd als zijnde een bedreiging voor het voortbestaan van de mensheid. Zo verscheen er recent een artikel op basis van een in mei te publiceren studie van de V.N. afkomstig van het Intergovernmental Science-Policy Platform on Biodiversity, een soort van IPCC voor biodiversiteit.  In genoemd artikel staat een schrikbarend overzicht van de wereldwijde afname van soorten: planten zowel als dieren. En bijna tegelijkertijd verscheen een artikel in Nature met de titel “A quantitative analysis linking seabird mortality and marine debris ingestion” waarin wordt aangetoond dat met name ballonrestanten door zeevogels worden aangezien voor voedsel (squid, inktvis) met sterfte tot gevolg.  En als je de rommel ziet langs rivieroevers bij een lage waterstand, dan is duidelijk dat zwerfafval, dus ook ballonnen, niet “netjes” op land blijft liggen, maar met de rivieren ook in de zee terecht komt.

Zeeleven vormt een essentieel onderdeel van de natuur en een natuurlijke omgeving blijkt van groot belang voor het welzijn van mensen. M.a.w. het gaat niet alleen om (financiële) welvaart en de toename daarvan, maar vooral ook om welzijn. Daarbij speelt een natuurlijke omgeving een belangrijke rol en dit geldt zowel voor grote als voor kleine mannen.

De overheid, dus ook partijen in de gemeenteraad, heeft de plicht op de hoogte te zijn van wetenschappelijke inzichten over het welzijn en de gezondheid van burgers. Ook dienen ze de burgers daarover tijdig en bij herhaling voor te lichten en maatregelen te treffen om hen tegen gevaren te beschermen.  In geval van klimaatverandering is die overheid decennia lang, ondanks alle waarschuwingen vanuit de klimaatwetenschap, in gebreke gebleven. En nu gebeurt hetzelfde bij de afname van biodiversiteit en uitsterven van soorten.

Het is dan ook niet te begrijpen dat nagenoeg de gehele Heerlense gemeenteraad, inclusief de groene vleugel van de coalitie, bezwaren had tegen de motie.

Mogelijk speelde hier bij politieke partijen het fenomeen korte termijn/eigen belang oftewel de angst voor kiezersverlies en verlies van populariteit. In feite ook hier weer eenzelfde fenomeen als dat zich doet gelden bij klimaatverandering en de urgentie van te nemen maatregelen.

Het is de taak van bestuurders en de politieke kunst om alle burgers, ook de kleine man, te wijzen op het nut van bepaalde maatregelen zoals het verbod op het oplaten van ballonnen. Het gevaar van ballonnen in de natuur is weliswaar slechts een klein, maar daarom niet minder belangrijk deel in het grote geheel van wereldwijde aantasting en achteruitgang van milieu en natuur. Het ontbreken van steun voor de motie zou erop kunnen wijzen dat bij bestuurders kennis van de grote problemen en de daarbij behorende sterke en complexe onderlinge verbanden ontbreekt of dat kleinzielige en gevaarlijke partijpolitiek de overhand heeft. Hoe dan ook, het ontbreken van draagvlak voor het voorstel van Partij voor de Dieren inzake deze eenvoudige en gemakkelijk in te voeren maatregel, doet het ergste vermoeden richting toekomst.

Tekst door René van der Luer Groene Kanteling, werkgroep Parksjtad in Transitie

Foto®Parkstad Actueel/Lucho Carreno

 

 

 

 

Geef een reactie