Op de vraag of keepers een beetje gek moeten zijn krijgen we, zonder omwegen, een antwoord dat niets aan duidelijkheid te wensen over laat. ,,Ja! Iemand die niet gek is gaat niet in de goal staan. Een keeper die een beetje gek is heeft vaak een goede uitstraling en is niet bang om af en toe een beetje pijn te lijden”, zegt Sandro Aruvaino, tegenwoordig doelman bij UOW’02 in Waubach. Zo, met deze binnenkomer kunnen mannen als Justin Bijlow, Manuel Neuer, Mark Flekken en Remco Pasveer, om maar eens wat namen te noemen, het doen. 

Persoon

Sandro Aruvaino is inmiddels 27 jaar. In het dagelijks leven is hij werkzaam bij Meandergroep Zuid-Limburg, als verzorgende IG in de ambulante nachtzorg. Hij draait standaard nachtdiensten in de thuiszorg in de gehele regio Parkstad. We vragen hem zichzelf eens als persoon neer te zetten. Zijn reactie: ,,Ik ben 27 jaar, werkzaam in de zorg en vooral vriendelijk en sociaal in de omgang. Ik speel al vanaf mijn vijfde  voetbal en die sport is een deel van mijn leven geworden. In het begin, tot mijn 9/10e jaar, was ik een ‘luie’ spits die wachtte tot hij de bal gespeeld kreeg om hem vervolgens van twee meter afstand binnen te tikken. Sinds mijn 10e ben ik keeper, dat begon in de jeugd van mijn dorpsclub LHC. Verder heb ik nog wat andere hobby’s, zoals darten in de nieuwe dartvereniging van de Skylounge en geef ik keeperstraining bij de keepersschool van Danny Wintjens. Ik hou ook van carnaval, ik ben een uitgaansdier en altijd te porren voor een biertje en een avondje met vrienden.”

Top

In het begin wil iedereen voetballen. De gedachte om keeper te worden gaat meestal pas later bij iemand postvatten. Zo ook bij Sandro Aruvaino. Op zijn tiende kwam hij  dus bij LHC in het doel terecht. We vragen hem naar zijn hoogte- en dieptepunten als doelman. Zijn antwoord: ,,Op mijn 16e mocht ik debuteren als keeper in de eerste klasse, bij het duel tussen LHC en Bekkerveld. In het midden van dat seizoen kreeg ik de kans om mij de resterende elf wedstrijden te bewijzen op dat niveau. Dat werd op mijn 17e, onder trainer Henk Verheezen voortgezet. Een heel mooi moment was wel een wedstrijd thuis tegen HVCH, uit Heesch in Noord-Brabant. Die  ploeg kon die dag kampioen worden en werd door maar liefst 350 supporters uit Noord-Brabant vergezeld. Die mensen  zorgden voor een mooie sfeer. Zij kwamen naar het sportcomplex van LHC met veel vuurwerk en slaginstrumenten. Wij wisten de wedstrijd echter met 2-1 te winnen, waardoor wij niet rechtstreeks degradeerden én HVCH geen kampioen werd. Ik was die dag een echte sta in de weg voor de tegenstanders, met als gevolg veelvuldig verwensingen in mijn richting van de supporters van HVCH van achter de goal.”

Minder

Ook in het geval van Sandro zijn er minder mooie herinneringen. Hij gaat verder met: ,,Ik heb twee degradaties meegemaakt als keeper, bij LHC en met UOW’02. Nooit leuk natuurlijk. Maar het grootste dieptepunt vond ik wel het op een zijspoor belanden bij LHC, na een mooie periode in de goal in de eerste klasse. De tijd hierna was niet de makkelijkste in mijn loopbaan als doelman, met veelvuldig een reserverol op de bank tot mijn 20e.”

Keeper: waarom en wat maakt iemand een goede doelman

Het is al gememoreerd: je moet een beetje gek zijn om keeper te worden. Sandro Aruvaino onderschrijft het volmondig. Velen in de voetballerij zijn het, in meerdere of mindere mate, met hem eens. Wij vroegen ons af waarom iemand keeper wil worden en/of zijn en wat een iemand tot een goede keeper maakt. Onze gesprekspartner steekt, om te beginnen, van wal met: ,,Het mooie aan keeper zijn is de grote druk die het met zich meebrengt. Ik houd van extra druk en ik vind het geweldig om het verschil te kunnen maken voor de ploeg. Als voetballer voel je de druk ook wel, maar je mag meer fouten maken dan de keeper. Je bent als doelman een bepalende speler.”

Dan vervolgt hij, over de eigenschappen, die iemand tot een goede goalie maken met: ,,Een complete keeper zijn is tegenwoordig belangrijk. Je moet sterk zijn in de goal, maar je moet ook de ballen goed weg kunnen leggen. Ik vind de uitstraling van een keeper allesbepalend. Als hij rust uitstraalt en vooral bij flankballen (hoge voorzetten) heer en meester is, vind ik de desbetreffende goalie een goede sluitpost. Verder kan ik zelf enorm genieten van snelle reflexen en mooie saves, waarbij een doelman volledig gestrekt gaat.”

Als we Sandro vervolgens de vraag stellen hoe hij zichzelf als doelwachter ziet, zegt hij: ,,Zelf ben ik een keeper van de snelle reflex en het goede voetenwerk in de goal. Sterke eigenschappen zijn mijn positiekeuze, het lezen van de wedstrijd en aanvoelen waar ballen terecht gaan komen. Vooral met mijn handen ben ik sterk. In het meevoetballen en coachen kan ik nog wel wat winst boeken. Ik ben ook wel een fanatieke keeper, die altijd voor de nul en voor de winst wil gaan. Ik ben nogal zelfkritisch, maar kan soms ook genieten van mijn eigen reddingen.”

Senioren

Vanaf zijn 16e is Sandro Aruvaino in het mannenvoetbal terecht gekomen. Nu is hij 27. Hij heeft dus al behoorlijk wat ervaring. We laten hem vertellen over zijn loopbaan als doelman in die jaren. Hij verhaalt: ,,Zoals hierboven aangegeven ben ik bij LHC op een zijspoor beland. Vervolgens voelde ik een kans om bij Bekkerveld, dat op dat moment in de hoofdklasse uitkwam, te trainen en misschien zelfs enkele wedstrijden mee te pikken. Die overstap bleek voor mij te hoog gegrepen, omdat ik veel wedstrijdritme had verloren tijdens de periode op de bank bij LHC. Doordat het niveau ook omhoog ging werd het voor mij een moeizaam seizoen. Na dat seizoen bij Bekkerveld maakte ik de overstap naar UOW’02, waar ik begon als eerste doelman. Het werd uiteindelijk een wisselvallig seizoen. Hierna ging het weer richting LHC, waar ik opnieuw op de bank belandde. Een terugkeer naar UOW’02 was de volgende stap, tot nu toe de laatste. In Waubach heb ik uiteindelijk mijn vorm teruggevonden. Nu ben ik alweer enkele jaren eerste doelman bij deze mooie club.”

Vergelijking

Het voetballeven van Sandro Aruvaino speelde zich tot nu toe dus af bij een drietal verenigingen in onze regio, een overzichtelijk aantal. We vragen hem om de clubs eens naast elkaar te leggen en te vergelijken. Zijn reactie: ,,Ik denk dat LHC en UOW’02 soortgelijke verenigingen zijn. Bij beide clubs is gezelligheid belangrijk, terwijl het toch ook verenigingen zijn met sportieve ambities. Zowel in Eygelshoven als in Waubach steekt men veel energie in jonge spelers. Bij UOW’02 staan heel veel jongens uit eigen gelederen in het eerste elftal, dit komt de gezelligheid en de kleedkamerhumor wel ten goede. Bij LHC hebben ze de laatste jaren wat meer jonge jongens van andere verenigingen toegevoegd aan de selectie. Bekkerveld was -in ieder geval in mijn tijd daar- een echte stadsvereniging, ook heel gezellig en een warme vereniging, maar wel met wat meer focus op de sportieve ambities. Sportief gezien kon ik op dat moment geen betere vereniging treffen. Vooral vanwege de sterke keeperstrainingen van Mark Hellebrand. Ook bij Bekkerveld speelt trouwens veel eigen jeugd en de club beschikt over een goede jeugdopleiding.”

Trainers

Vervolgens stellen wij ons de vraag hoe onze keeper aankijkt tegen de trainers die hij inmiddels is tegengekomen. Sandro laat ons weten: ,,Ik heb samengewerkt met veel verschillende trainers met allemaal eigen speelwijze, trainingsstijl en verschillende karakters. De trainers die mij het meeste zijn bijgebleven:

  • Henk Verheezen en Sieb Dijkstra. Zij gaven mij de kans in het eerste elftal van LHC, waar ik dankbaar voor ben. Toen der tijd had ik nog niet veel kijk op het spelletje en was het vooral ervaring opdoen;
  • Dominique Vergoossen, bij Bekkerveld. Door de vele tactische besprekingen en trainingen heeft hij mijn kijk op het spelletje vergroot. Dit heeft mij als keeper wel veel opgeleverd;
  • Wim Zagar. Wim heeft mij weer de kans gegeven als eerste keeper bij UOW’ 02 en vooral in het meevoetballen veel energie in mijn persoontje gestoken en, niet te vergeten,
  • onze huidige trainer Rodger Pieters. Hij heeft met een jonge ploeg de wederopbouw van UOW’02 in gang gezet. Zelf ben ik nu een van de oudere spelers in ons jonge, talentvolle team. Ook leuk om een belangrijke rol hierin te vervullen als keeper.

Verder heb ik nog samengewerkt met Sid Plum en Hans van Tussenbroek.”

De beste

We hebben eerder al antwoord gekregen op de vraag wat iemand tot een goede doelman maakt. Nu stellen we, in het verlengde daarvan, de vraag wie in de ogen van Sandro de beste is en wie er in Oranje moet, dat laatste op een tijdstip dat Mark Flekken net is aangesloten bij onze nationale trots en voor het eerste op de bank heeft gezeten bij de interland tegen Gibraltar. Sandro opnieuw: ,,Ik was vroeger fan van Przemyslaw Tyton. Die heeft in zijn tijd bij Roda JC bewezen een echte topkeeper te zijn. Maar om heel eerlijk te zijn, ik denk dat Manuel Neuer het ultieme voorbeeld is van een complete keeper. Wereldsaves, gekke acties en meevoetballen tot aan de middenlijn. Manuel Neuer is ‘one of a kind’ Als we het over Oranje hebben, voor mij mag Justin Bijlow in de goal blijven staan. Ik vind hem als hij fit is onze beste keeper. Vooral in de lucht is Justin heer en meester. Neemt niet weg dat ik ook veel bewondering heb voor Mark Flekken. Nadat hij Roda JC geen echte kans heeft gekregen, heeft hij zich toch maar mooi opgewerkt tot een van de beste nationale keepers.”

Keepersschool

We hebben al gelezen dat Sandro Aruvaino werkt bij de keepersschool van Danny Wintjens. Hij vertelt ons dat hij er terecht kwam door de warme band die UOW’02 met de keeperschool heeft. Zijn doel is het keepertjes de basistechniek aan te leren en de juiste adviezen te geven om beter te kunnen worden in het vak. Verder vindt hij het, zo zegt hij, belangrijk dat het niveau van de keepers in Nederland  gaat groeien. Hij vervolgt met: ,,Ik doe het nu al enkele jaren, veelal met plezier. Ambities als keeperstrainer heb (nog) niet. Ik vind het gewoon leuk om uit te helpen. Misschien dat ik na mijn actieve voetbalcarrière nog iets wil gaan betekenen in de voetbalwereld, maar dat is nu nog ver weg. Ik wil nog lang doorgaan als keeper!”

Ambities

Hij wil dus nog lang doorgaan als keeper. Wij proberen uit te vinden of Sandro zich ‘voor eeuwig’ aan UOW’02 verbonden voelt. Zijn antwoord blijkt een open eind, want: Ik sta zeker open om de stap naar een hoger niveau te maken, maar niet ten koste van alles. Ik wil graag eerste keeper blijven, ook als ik bij een club op een hoger niveau terecht zou komen. Bij UOW’02 heb ik het erg naar mijn zin en er moet echt een leuke vereniging komen die vertrouwen in mij uitspreekt om mij nog weg te krijgen uit Waubach. Maar wie weet, over een hoger niveau gesproken: nog leuker zou het zijn om met UOW’02 de stap omhoog te zetten. Aan de andere kant, ik wil de stap ook weer niet te laat zetten uiteraard.”

Foto’s®Parkstad Actueel/Lucho Carreno  

Geef een reactie