Beste wielrenner aller tijden won alles, maar had een jaar na zijn wereldtitel in Heerlen  eigenlijk niet meer mogen fietsen

 

 

In 1967 werd Eddy Merckx in Heerlen voor het eerst wereldkampioen bij de profs. De beste wielrenner aller tijden versloeg in een beklijvende eindsprint  Nederlands eerste Tour winnaar Jan Janssen en de Spanjaard Ramón Sáez. Een jaar later werd bij de toprenner een hartafwijking geconstateerd die tot een plotselinge harststilstand dood kon leiden. Maar Merckx reed door en won nagenoeg alles.   

“Winnaars haken nooit af, afhakers winnen nooit. Dat geldt zowel in de business als in de sport. Maar het is niet zo dat omdat je CEO bent of 525 koersen hebt gewonnen je je als mens boven iedereen moet zetten.” Aldus Edouard Louis Joseph (baron) Merckx. Levende legende, icoon van sport én mensheid.

In tegenstelling tot het voetbal is er in het wielrennen nooit discussie over wie de beste ooit was of is. Al wenst Eddie Merckx “ik was de beste van mijn generatie”, dat ook te nuanceren.

De cijfers spreken echter klare taal. 525 overwinningen in 1800 koersen. In 1971 won ‘De Kannibaal’ zelfs 54 van de 120 wedstrijden. Van 1969 tot en met 1975 winnaar van de Super Prestige Pernod International, de huidige UCI World Ranking. Merckx won zowel de Tour de France als de Giro d’ Italia vijf keer. In de ronde van Italië 1968 en de Ronde van Frankrijk 1969 won hij zowel het algemene klassement, het puntenklassement als ook het bergklassement.

De ‘zwarte van Tervuren’ won daarnaast liefst 32 klassiekers. Ook werd hij zowel wereldkampioen bij de amateurs als de profs (drie keer). De alleskunner won ook de Vuelta a España en brak het werelduurrecord op de baan. Het uurrecord uit 1972 is op vergelijkbaar materiaal sindsdien onovertroffen.

Onbedwingbaar strijderhart

Kortom: als geen ander gaf Merckx invulling aan het adagium ‘willen is winnen’. Onovertroffen klasse. Ouderwetse panache, meester in het doorstaan van beproevingen, onbedwingbaar strijdershart ook!  Letterlijk en figuurlijk. In 1968, een jaar zijn eerste wereldtitel in Heerlen in 1967, waar hij Jan Janssen in de eindsprint een bandlengte voorbleef, nam de Italiaanse cardioloog Giancarlo Lavezzaro na de derde rit in de Giro een hartcardiogram af. Eddy Merckx bleek een bijzondere hartafwijking te hebben. Zonder symptomen, maar wél met het gevaar van een plotselinge hartdood. In feite had hij vanaf dat moment geen wedstrijden meer mogen rijden. In de huidige tijd zou het hem zelfs verboden zijn.

 Maar Merckx fietste door en won de Giro. 1969, werd aansluitend het beste jaar uit zijn wielerloopbaan. Nooit was zijn dominantie groter, nooit verpletterde hij zijn tegenstanders met zo veel overmacht. Eddy Merckx won in een seizoen Milaan-San Remo, de Ronde van Vlaanderen, Luik-Bastanaken-Luik, Parijs-Nice en de Tour de France. De Tamburlaine van de pedalen won in de Tour zes ritten, het eindklassement (gele trui), het puntenklassement (groene trui) en het bergklassement (bolletjestrui). Tijdens de beklimming van de Tourmalet kon niemand hem meer volgen, waarna hij de resterende 140 kilometer op de Soulor, de Aubisque en in de kilometers lange vlakke finale, alleen reed. “Ontegenzeggelijk was de eerste Tourzege mijn allermooiste overwinning. Een jongensdroom die werkelijkheid werd. In mijn jeugdjaren luisterde ik altijd naar Radio Tour. Die uitzendingen wakkerden mijn liefde voor het wielrennen aan”, zegt hij.

1969 was cruciaal jaar   

Zijn liefde voor het wielrennen hield hem ook overeind tijdens twee ingrijpende gebeurtenissen in 1969. ‘Het dopinggeval’ in Savona. Merckx werd gediskwalificeerd na de vijftiende rit in de De Giro. De wielrenner huilde voor het oog van de pers en blijft tot vandaag volhouden dat men geknoeid had met de test. Twintig uur na de positieve controle liet Merckx zich onderzoeken bij de Universiteit van Milaan en daarbij werd niets gevonden – Volgens de specialisten die hem in Milaan onderzochten, was dit op zijn minst opmerkelijk te noemen, zeker gezien de hoge dosis die eerder was gevonden.

Merckx, die reed voor Italiaanse ploegen Faema, Faemino en Molteni, werd gerehabiliteerd en won de Giro daarna nog vier keer. Zoals ook de Ronde van Frankrijk. Opmerkelijk en buitengewoon, want eind 1969 kwam Merckx zwaar ten val tijdens een wielerwedstrijd in Blois. “Mijn bekken was compleet verdraaid, ik ben daarna nooit meer de oude geworden”, zegt hij. Het fietsen, dat tot dan toe voor hem als vanzelf ging werd moeizamer en uitputtender. Om de haverklap begon hij de positie van zijn zadel bij te stellen. Maar opgeven stond niet in zijn woordenboek. Sterker nog: Merckx bouwde een ongekende zegereeks op. De vraag is hoe ver de beste wielrenner ooit wél niet had kunnen reiken zonder de scheve kruisgang. “Ik denk niet dat mijn loopbaan dan veel langer was geweest. Wél had ik dan beduidend minder hoeven af te zien. Ik ben sinds die val altijd ontzettend diep moeten gaan.”

Diep gaan; het zit Eddy Merckx quasi in de genen. “Mijn opa en oma kwamen uit grote gezinnen. Die moesten aanpakken. Zoals ook mijn vader, een harde werker, die dag en nacht in de kruidenierswinkel stond. Merckx die opgroeide in een vijfkoppig gezin in een buitenwijk van Brussel mocht op zestienjarige leeftijd voor het eerst aan een koers deelnemen. De tiener ontpopte zich als een natuurtalent. Op tweedehands materiaal snelde hij al vlug naar zijn eerste zege. Daarna werd hij al snel Belgisch kampioen bij de nieuwelingen.

Wereldkampioen bij de amateurs en de profs

Drie jaar na de start van zijn wielercarrière werd Merckx 1964 wereldkampioen bij de amateurs in het Franse Sallanches. “Veel wielrenners die goed waren als amateur haalden het nooit als prof. Ik wilde het echter ook als prof gaan waarmaken.”, zegt hij. En dat deed hij! Merckx liet zich in zijn streven zelfs niet dwarsbomen door zijn militaire dienstplicht. Amper twee maanden uit militaire dienst won hij in 1966 de eerste van zeven Milaan-San Remo’s. Een tot op de dag van vandaag ongeëvenaard record.

Veel buitenlandse wielersupporters konden het niet verkroppen dat Merckx zo vaak won. Zelfs Jacques Goddet, de organisator van de Tour de France, vroeg Merckx om in 1973 niet aan zijn wedstrijd mee te doen. De wielrenner ontving in zijn superieure dagen dreigbrieven en andere haatuitingen. Van de supporters van tegenstanders kreeg hij soms de grofste scheldwoorden toegesnauwd. Er werd bier en koeienvlaaien naar zijn hoofd gegooid. Maar Eddy Merckx bleef constant in de suprematie.

 “Doorrijden in de Tour van 1975 was de grootste fout in mijn loopbaan”

Tot 1975. Merckx trachtte voor de zesde maal de Tour te winnen. Tijdens de beklimming van de Puy-de-Dôme gaf de 55-jarige Franse toeschouwer Nello Breton de wielrenner een harde slag in de lever. Merckx werd ernstig gehinderd door de blessure, die hij eraan overhield. Tot overmaat van ramp brak hij de volgende dag zijn kaak. Bernard Thévenet won dat jaar de Tour, Merckx eindigde op de tweede plaats. `Dat ik in 1975 met die kaakbreuk heb doorgereden was de grootste fout in mijn loopbaan. Ik heb het voor mijn ploeggenoten gedaan die op mij rekenden. Achteraf gezien had ik ze beter kunnen afkopen. Ik ben toen over alle grenzen gedaan en heb daarvoor de tol moeten betalen.”

Aan de dominantie van Merckx, die een decennium duurde, kwam een einde. Zijn laatste officiële wielerwedstrijd reed Eddy Merckx in Kemzeke: de Omloop van het Waasland op 18 mei 1978. “Ik ben daarna een belofte waargemaakt en ben met mijn gezin op vakantie naar Disney World gegaan. Het was onze eerste vakantie. In al die jaren dat ik actief was als wielrenner was er nooit tijd voor een vakantie. Hoewel Merckx jarenlang  het hele seizoen doorkoerste, in de wintermaanden met veel succes deelnam aan zesdaagsen en ook nog de nodige criteriums reed – daar had ik een hekel aan na een lang seizoen – maar commercieel was het noodzakelijk.”

Eddy Merckx kon na zijn actieve loopbaan dan ook niet gaan rentenieren. In tegenstelling tot de toprenners in de laatste twee decennia verdiende hij namelijk geen miljoenensalaris. Toch kijkt hij niet met wrok terug of klaagt hij dat hij in de verkeerde tijd is geboren. Eddy Merckx accepteert het als een gegeven, waar je verder weinig woorden vuil aan hoeft te maken. De huidige topsalarissen voor topwielrenners juicht hij toe. “Als toppers in andere sporten zoveel geld verdienen, mogen wielrenners dat natuurlijk ook.”

Merckx zelf verloochende zijn afkomst niet en stak ook na zijn actieve loopbaan de handen uit de mouwen. Hij richtte een eigen fietsenbedrijf op Eddy Merckx Cycling. En leerde daarbij de nodige levenslessen die hij ook in het voorwoord van het boek ‘Kopmannen’ aanhaalt . “Ook als bedrijfsleider heb ik ervaren dat je niet zomaar kopman wordt. Ook in de business is het hard werken. En vallen en opstaan. De parallellen tussen de sport en het bedrijfsleven zijn, volgens Eddy Merckx, evident. “De kopman draagt de verantwoordelijkheid. De grootste druk rust op zijn schouders. Van de kopman wordt verwacht dat hij wint. De kopman moet ook zorgen dat hij het team vormt en bij elkaar houdt.”

In elk team, in de sport of op het werk, heb je verschillende types: perfectionisten, haantjes-de-voorste, volgers, mensen met veel talent, mensen met veel inzet, loyalen en muiters. Het kiezen van de juiste mensen is cruciaal”benadrukt Merckx. “Het is belangrijk dat je kunt rekenen op de steun van je ploeggenoten of medewerkers. Een wielerkoers tegen 200 andere renners, win je niet alleen. En ook het succes van een onderneming afhankelijk is van de kwaliteit, drive en loyaliteit van medewerkers. Heel wat ploeggenoten van mijn succesteam bij Molteni zijn overigens bij mij in de zaak komen werken. Ik kende hun passie, hun wil en hun doorzettingsvermogen om succesvol te zijn.”

Eddy Merckx Cycling werd een succes, al vonden de fietsen opmerkelijk genoeg nooit de weg naar het profpeloton. “Daarvoor waren we simpelweg een te klein bedrijf, we konden niet concurreren met de grote Amerikaanse fietsenmerken”verklaart Merckx. In 2008 verkocht Eddy Merckx zijn bedrijf. Vervelen is er voor de wereldtopper desondanks niet bij. Vijf kleinkinderen eisen de aandacht, daarbij is Merckx onverminderd een veelgevraagd man. Begin 2008 lanceerde de gewezen wielrenner als ambassadeur de nieuwe campagne van de Damiaanactie. Hij kon het werk van de organisatie in de strijd tegen lepra en tbc op het terrein in de Democratische Republiek Kongo zelf vaststellen.

Van 1993 tot en met 2007 begeleidde hij ook zijn zoon Axel. De voormalige profwielrenner woont en werkt tegenwoordig in Canada. Eddy Merckx is anno heden nog als adviseur verbonden aan de wielerploeg Etixx-Quick Step. Ook is hij sinds jaren adviseur bij de Ronde van Qatar en de Eddy Merckx Classic wielertocht. Ook anderszins blijft Eddy Merckx in alle opzichten een veelgevraagde man en een VIP. Belg van de eeuw, eredoctoraat aan de Vrije Universiteit Brussel en nog veel meer. De erkenning en waardering streelt, maar soms snakt hij ook wél eens naar een beetje privacy, samen met echtgenote Claudine zijn kinderen en kleinkinderen.

Een tour de force, want Eddy Merckx is en blijft een volksheld. Vooral in België, Frankrijk en Italië, maar ook wereldwijd. Zelfs niet fiets-o-fielen worden hyper als ze de wielergod ontwaren. Met een fijne glimlach: “Soms vind ik dat gebrek aan privacy wel eens vervelend, maar in de regel heb ik er mee leren leven.”

 

Foto’s Torena Publiciteit

 

Geef een reactie