Afscheid van rasartiest Bruno Majcherek zonder vlag of uiterlijk verschijn .

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afscheid van rasartiest Bruno Majcherek zonder vlag of uiterlijk verschijn 

 

Ein Mord für Laila’, kopte de Bildzeitung 50 jaar geleden in chocoladeletters. In een café in Duisburg werd een man vermoord omdat hij niet snel genoeg het succesnummer ‘Laila’ in de jukebox aan toetste. 

Bruno Majcherek, markant symbool in het silhouet van Parkstad. Welke veertig-plusser kent hem niet? Majcherek, geboren in Polen, opgegroeid in Heerlen is een levende legende. Met de tangotopper ‘Küsse mich und quele mich’, een bewerking van een nummer van de Duitser Dauber, bewoog de zanger internationaal de gemoederen. Het leverde hem ook naam en faam op. De Heerlenaar stond een halve eeuw op het podium. Met stars als Peter Alexander, Catharina Valente, Rocco Granata, Paul Kuhn, Freddy Breck en decennia later met o.a. Beppie Kraft.

Bruno Majcherek, icoon van mens en cultuur, had dan ook eigen bodem. Daar liep geen taalgrens doorheen. Na vijftig jaar op de planken, 11 Lp’s, 70 singeltjes en 7 Cd’s zette de recht uit het hart zingende rasartiest ruim een jaar geleden een punt achter zijn artiestenbestaan. Een zwaarwegende beslissing. Het zwarte gat was groot. “Ik heb het er maanden heel moeilijk mee gehad”, bekend hij. Zingen en optredens en reizen waren voor Bruno en echtgenote Yvonne dan ook altijd een levenselixer.

In de woonkamer van zijn fraaie appartement in Eikenderveld wijst Bruno trots naar de gouden plaat. “Laila is en blijft nostalgie puur. Ik wilde dat nummer aanvankelijk helemaal niet zingen. Ondanks de veranderende sexuele moraal van de jaren zestig was het nog al gewaagd.” Met een grijns: “ik herinner me nog goed dat de Pastoor vanaf de kansel van de Pancratiuskerk er schande van sprak dat een jongeman uit Heerlen zoiets durfde te zingen. Maar omdat niemand van de andere bandleden van de Regento Stars’ het durfde heb ik het uiteindelijk maar gedaan. Het resultaat is bekend.”

Laila ging 1,8 miljoen keer over de toonbank

Liefst 1,8 miljoen keer ging Laila over de toonbank. Maar van sleet is geen sprake. Laila’ was en blijft een liedje met eeuwigheidswaarde. Van feestzaal tot crematorium. ‘Bruno Majcherek was decennialang onbezoldigd internationaal ambassadeur van Heerlen. Maar na zijn een lange imponerende loopbaan bleef iedere vorm van erkenning uit. Geen cultuurprijs, geen ereburgerschap laat staan een welverdiend standbeeld in Heerlen voor de  ‘koempel/ artiest’. Het is een ernstig verzuim, maar hoewel het hem raakt is stijlicoon Bruno is er de man niet na om er woorden over vuil te maken.

Als driejarig jochie kwam Bruno van Polen naar Nederland. Zijn vader Stanislaus werkte in de Oranje Nassaumijn III, in Heerlerheide. Ook Bruno had maar één wens: ondergronds mijnwerker worden. Zijn moeder Maria was daar fel op tegen. Maar Bruno wist zijn jongensdroom te verwezenlijken. “Ik woonde toen in de wijk De Husken en werkte zoals al mijn vrienden werkten onderin. Dat verdiende ook bijna het dubbele: twee tientjes per week! En wat ook zwaar telde: als je ondergronds mijnwerker was, werd je vrijgesteld van militaire dienst.”

Bubblegum’

Kort na het ondergronds gaan begon ook zijn ‘bubblegum fase’ in de muziek. Zwoegen tussen de steenkool, een opleiding volgen tot opzichter én spelen in een bandje; de twintigjarige Bruno Majcherek wist het allemaal prima te combineren. Het artiestenvak zat de Poolse Heerlenaar dan ook in het bloed. “Al zeg ik het zelf: ik was toen al een prima klarinet en saxofoonspeler. Ik kom ook uit een muzikale familie. Glimlachend: “als kind dreef ik mijn moeder soms tot waanzin. Als ik eenmaal begon met klarinet spelen kwam er geen einde meer aan.”

Overtuiging en plezier, het zou ook nadien als een rode draad door zijn leven lopen.

Met een drummer en accordeonist speelden we op zondag van zes tot half twaalf, want dan kwam de laatste bus. Ik weet nog goed dat we in het toenmalige café Jantje de Bakker op de markt in Schaesberg boven op het biljart stonden te zingen.”’

De gouden periode begon met ‘Laila’. “Ik heb dat nummer van de Duitser Dauber, bewerkt, me niet realiserende wat het teweeg zou brengen.” Woorden zonder overdrijving. 42 weken op nummer één bij Radio Luxemburg. En dat in een tijd dat (1960-1970 red) dat vrijwel iedereen in het toen nog op Duitse muziek georiënteerde Limburg naar Radio Luxemburg luisterde.

Met Laila en het tweede succesnummer ‘Oh Donna Clara’ in de ransel reisden Bruno Majcherek met zijn collega bandleden Otto en Doortje Zerdoner, Men van Meegen, Siegmund Zawodny, door de hele Benelux en Duitsland. “We kregen vijf tientjes per kop. Uiteindelijk hebben alle bandleden er een huisje aan overgehouden. Ik was ook de eerste in een mijnwerkersbuurt met een auto.”

Ommekeer

De grote ommekeer kwam rond 1963. Door een combinatie van factoren vielen de ‘Regento Stars’ uiteen. Bruno leerde het oogverblindende Hoensbroekse fotomodel Yvonne kennen. Daarbij bleef  een derde hit uit en heel belangrijk: de Engelstalige muziek kwam op. “Vergeet ook niet we waren amateurs. Na verloop van tijd werd het ons allemaal te veel. Ik wilde graag stoppen op het hoogtepunt en dat is gelukt. Toen ik de andere vertelde dat ik zou stoppen, hield iedereen het voor gezien.”
De 29 jarige Bruno Majecherek vervolgde zijn maatschappelijke carrière als opzichter in het Duitse grensplaatsje Alsdorf. “Na de mijnsluiting solliciteerde ik in 1972 op een advertentie van de Eschweiler Bergwehr Verein. Die zochten een klarinettist annex mijnwerker. Na een middagje ‘probe’ blazen kon ik meteen aan de slag. Ik heb in de Anna, dat was de grootste kolenkokerij in Europa twintig jaar met veel plezier tot 1992 gewerkt. Met de kapel hadden we optredens tot de bondskanselier toe. Ik kreeg ook alle medewerking bij muziekoptredens.”

Dan plotseling getergd: “Het waren totaal andere werkverhoudingen dan bij ons in de mijnen. Ik kan er nu nog pissig over worden hoe ze hier in Limburg met de mensen omgingen. Ik werd soms bewust op een ander dienst gezet als ze wisten dat ik op een bepaald tijdstip een optreden had. ‘Gejudas’ van de bovenste plank. Ik lag een keer in een pijler van een halve meter hoog te beuken, kwam de hoofdopzichter langs die snerend zei: ‘dat is even wat anders dan op een mooi podium ‘Laila’ zingen heh!” Heb ik geantwoord ‘ja, maar daarom verdien ik ook drie keer zoveel als jou!’ “Was natuurlijk niet waar”, maar toch! Pissig dat hij was! Hij heeft me vanaf die dag niks meer gezegd.”

Comeback

Zestien jaar na zijn afscheid maakte Bruno Macherek. op 45-jarige leeftijd,. een opmerkelijke comeback. Mede omdat hij kennis maakte met de minidisk, waardoor hij kon optreden zonder band. Erg handig, ik heb nu 35 liedjes op een orkestband staan. Stekker in het stopcontact, Yvonne – ze vroegen me altijd of dat mijn nieuwe vriendin was, blijkbaar is het in de showbizz ongebruikelijk om zo lang getrouwd te zijn – zorgde dat het geluid goed was. Ik zong altijd live. En Yvonne en ik voelden ook altijd feilloos aan of er tango of foxrot publiek in de zaal zat”, glimlacht hij.

De glimlach verbreed zich als hij al terugdenkt aan Violetta. “Ik zong op een gouden bruiloft. Na afloop werd ik aan de mouw getrokken door een mooie 31-jarige vrouw. ‘Toen mijn moeder in verwachting van me was draaide ze altijd het liedje ‘Violetta’. Als ik een dochter krijg noem ik haar zo, zei ze altijd. Welnu hier ben ik: ‘Violetta’.

‘Violetta’ en Oh Donna Clara en Liala blijven herkenningstunes met eeuwigheidswaarde. En dat niet alleen voor ouderen. Ook bij jongeren zorgen de nummers soms voor een ondoorgrondelijk staaltje psychedelische zinsbegoocheling.

Bruno Machereck werd gevraagd voor de meest uiteenlopende gelegenheden, van Maastricht tot Alicante en Hawaï, waar hij vaker eregast was bij Jan Rademakers. Geboren in de Heerlense wijk Schandelen, maar als fabrikant van hondenvoer miljonair geworden in het land van de onbegrensde mogelijkheden. “Jan hield vaker  een feestje voor drie tot vierhonderd genodigden in Honeloulou. En één nummer mocht dan nooit ontbreken. ….Juist, ja!”

Foto Arnaud Nilwik

Geef een reactie