‘Wat nu als we De Vrek nog eens gaan doen?’ dacht Mick Duschak afgelopen februari. Nu, bijna één jaar later; zijn de repetities in volle gang, worden er posters gedrukt, flyers verspreid, teksten geleerd, decors gemaakt, kortom: er wordt gewerkt aan De Vrek. Ooit een idee, nu een levensvatbare voorstelling. Hoe verlopen de repetities? Hoe gaat de voorstelling er uit zien? En het allerbelangrijkste; wordt er met vertrouwen uitgekeken naar de première op zaterdag 2 februari?
Een groot voordeel
Je kunt zeggen; waarom zou je een stuk nog eens willen spelen? Het is toch niet meer nieuw? Wordt dat dan niet saai? Zijn er dan nog wel voldoende uitdagingen te vinden? Het antwoord van Mick Duschak zelf is hier een volmondig ‘ja’ op. Toen wij, mijn klas en ik, dit stuk vorig jaar speelde hadden we maar een zeer beperkte repetitieperiode. Ik denk dat we al met al een stuk of elf volledige dagen hadden om dit bijna twee uur durende stuk in elkaar te zetten. Waar focus je jezelf dan als eerst op? Waar kom ik op, wat moet ik zeggen, wanneer moet ik af en wat doe ik allemaal wanneer ik geen tekst heb, met andere woorden; je speelt een stuk dan meer technisch. Je zorgt dat het goed verloopt, maar echt over het stuk én de rol nadenken, nee, dat kwam later pas. Nu hebben wij allemaal veel meer rust gehad. We hebben een langere aanloop gehad, waardoor je dus de ruimte in je hoofd hebt om ook over je rol na te denken. Vorig jaar dwaalde je dan toch al snel af naar de technische aspecten van het stuk en de rol. Nu weten we allemaal veel meer wie we spelen.

Deze week vertelde de speelster die de rol van Marianne (opnieuw) gaat spelen, hoe fijn het is, dat ze het nog eens kan doen. “Nu kan ik echt Marianne spelen, in plaatst van mezelf met een Vlaams accent.” Wat ook heel prettig is, is dat het stuk een metamorfose heeft ondergaan. Het speelt zich niet meer af in Parijs, maar in het Heerlen van 1975. Deze periode past wonderbaarlijk goed bij de teksten die al geschreven waren. Na wat kleine aanpassingen waren de teksten helemaal kloppend in het hernieuwde tijdsbeeld. Een mooi voorbeeld daarvan is het moment waarop de vrek, Harpagon, zich beklaagt over de vele buitenlanders. Oorspronkelijk had hij het over “Heel de wereld” nu is het “Heel Limburg” en dat krijgt met ons mijnverleden een totaal andere landing gezien de vele gastarbeiders die toen der tijd hierheen kwamen om als mijnwerker werkzaam te zijn.
De vloer op!


Nu is het een groot voordeel, dat we meer verdieping in onze rollen hebben gezocht, uiteindelijk moet je dan toch weer gaan repeteren. De repetities verlopen voorspoedig, zegt Mick. We werken heel efficiënt en iedereen neemt zijn of haar aandeel heel serieus. We weten waar we mee bezig zijn en dat is heel fijn. Iedereen denkt ook mee, het houdt niet op bij je eigen rol. Sommigen zijn bijvoorbeeld bezig met de kostuums en de kapsels. We moeten immers toch voor 1975 kunnen doorgaan. Weer een ander bedenkt leuke promotie ideeën, terwijl dat weer wordt opgenomen door twee speelsters die bezig zijn met filmopnames van de repetities. Er wordt dus met passie aan gewerkt!
Guldens, guldens en nog eens guldens
De theaterzaal van Cultuurhuis Heerlen zal veranderen in het huis van de vrek, Harpagon. We zullen een keuken zien, maar ook de kamers van zijn twee dochters, verder zal er (net als op de poster) een berg met geld aanwezig zijn waar Harpagon op kan zitten. Eén ding komt steeds terug in het decor en dat zijn guldens. Waar je ook kijkt zal je subtiel én minder subtiel guldens terugvinden. Of dit nu in een mozaïekwerkje te zien is of als behang op de deurposten die de verschillen in kamers markeren.
We mogen wel stellen, dat er met vertrouwen wordt uitgekeken naar 2 februari; de dag waarop een groep jonge Limburgse theatermakers mogen laten zien waar zij voor leven: verhalen vertellen! De Vrek is op zaterdag 2 en zondag 3 februari te zien in Cultuurhuis Heerlen.

Met dank aan Mick Duschak Foto’s toneelvoorstelling

Geef een reactie