Karttalent Ryan Rijvers niet kapot te krijgen
Direct na zijn BMC-race in de Rotax Max Micromax-klasse trok Ryan Rijvers nog een sprintje door de paddock in Genk. Alsof hij nog niet moe genoeg was. Maar het negenjarige karttalent uit Schimmert moest wel. Hij moest rennen om op tijd in de grotere Minimax-kart te kunnen stappen. Dat deed hij met een heerlijk gevoel. Hij had zojuist de Micromax-finale gewonnen én hij was tweede geworden in het kampioenschap in zijn debuutjaar.
In de kartsport ben je dan vice-kampioen. En dan te bedenken dat hij de eerste wedstrijd van het seizoen had gemist omdat hij toen nog niet met groepen kartte en hij een van de jongste is in de klasse. Inderdaad, het verhaal van Ryan is bijzonder. Alsof die prestatie nog niet bijzonder genoeg was, deed hij zondag tijdens de laatste ronde van het BMC-kampioenschap dus mee aan twee klassen. Zo had hij dus twee warming ups, twee kwalificaties, twee heats, twee prefinales en twee finales. Het paste allemaal maar net.
En dan was er natuurlijk nog het fysieke deel van die intensieve exercitie. Ja, hij was moe, bekende Ryan na afloop van zijn laatste race, de finale in de Minimax-klasse. “Ik ben half moe”, nuanceerde hij. “Het was instappen en meteen weg. Ik was niet echt moe, ik had alleen een beetje pijn aan de armen. Dat maakte de Minimax-finale echt zwaar, maar het ging wel.”
De grote vraag is natuurlijk waarom hij zo’n intensief weekeinde had. “Dit hebben we twee weken geleden bedacht met teambaas Ramon Rietveld”, zei Ryans vader. “We zagen dat hij qua niveau heel hard groeide en we willen de leercurve stijl laten blijven.” Meedoen aan de Minimax-klasse, voor rijders van tien tot en met dertien jaar, was daarvoor een mooie mogelijkheid.
Nou ja, mogelijkheid… Eigenlijk mocht Ryan nog niet meedoen in die klasse, omdat hij pas negen jaar oud is. Hij had dus dispensatie nodig. “We hebben met de organisatie en de Belgische en Nederlandse kartbond overlegd. Hij moest zijn rondetijden laten zien van een eerdere training in de Minimax. Toen was het goed.”
Die eerdere training was trouwens niet heel erg lang. “Ik had drie keer een kwartier gereden in de Minimax-kart. Dat was ook in Genk”, zei Ryan. “Tijdens de eerste sessie had ik de wedstrijdrondetijden te pakken.” Het was wel even wennen, bekende hij. “Toen ik de eerste keer in die kart reed, slipte ik meteen in de bocht. Hij ging een stuk harder. En de rempunten zijn anders. Het was ook veel zwaarder dan het rijden in een Micromax-kart.”
Tijdens de vierde ronde van het BMC-kampioenschap bewees hij afgelopen weekeinde dat hij ondanks zijn leeftijd klaar is voor de Minimax-klasse. Ryan: “Ik reed in de trainingen en kwalificatie in de top 10 van de 26.”
Daardoor mocht hij in de prefinale als tiende starten. En toen knalde een stel rijders vlak voor hem in de eerste bocht op elkaar. “Toen ben ik van de laatste plaats naar de zeventiende plaats teruggereden. Dat waren negen plaatsen.”
In de finale werd hij vervolgens 17e van de 26. Een keurig resultaat, vooral ook omdat zijn Minimax-wedstrijden golden als een (wedstrijd)training om aan de kart en het niveau te wennen.
“Ik vond het zwaar maar ook heel leuk om te doen. En super dat ik de finale in de Micromax heb gewonnen. Ben ik van de derde naar de eerste plaats gereden.” Hoe hij hem dat geflikt had in zo’n intensief weekeinde? “Geen stress en gewoon knallen. Ik had harde armen, maar ik zette gewoon door.”
Nu is hij dus vice-kampioen van België. “Ik ben er echt blij mee, zeker omdat ik niet een volledig seizoen heb gereden. Maar ik had eigenlijk kampioen willen worden.” Want Ryan gaat nu eenmaal altijd voor het hoogste. “Ik wil naar de Formule 1”, legde hij uit. “Zoals Max Verstappen. Dat is mijn favoriete coureur!”
Ryan Rijvers bedankt zijn team RR Racing, ouders en manager Maurice Sprenkels, zijn sponsor Zuid-Nederlandse Buizen en het Jumbo Junior Team.
Foto’s Oswald Paret/RaceXpress.nl
